Monday 11 August 2008

De terugkeer van de geschiedenis

De Amerikaanse commentator Robert Kagan beschrijft in De terugkeer van de geschiedenis het einde van een tijdperk. Na de val van de Muur leek een tijd van internationale eensgezindheid aan te breken. De vrede werd bewaakt door de enige overgebleven supermacht, de Verenigde Staten, terwijl de heerschappij van het internationaal recht werd gegarandeerd door instituties als de Verenigde Naties en de nieuw gecreëerde wereldhandelsorganisatie WTO. Dit korte tijdvak zou nu volgens Kagan plaats maken voor een periode van groeiende internationale spanningen.

De Pax Americana staat op allerlei fronten onder druk. De aanslagen van Al Qaeda, de nucleaire ambities van Iran en Noord-Korea, het groeiende militaire zelfbewustzijn van Rusland en China: aan problemen geen gebrek voor de Amerikaanse militair-diplomatieke elite. Van een fundamentele ondermijning van de internationale vrede is nog geen sprake. Maar het is wel zaak de uitdagingen niet te onderschatten. Kagan maakt zich wat dat betreft vooral zorgen over het gebrek aan Europese realiteitszin. “Is Europa wel bereid een mes naar de onderhandelingstafel te brengen?”, vraagt hij zich af. De magere Europese defensieuitgaven geven wat dat betreft te denken. Terwijl onze defensiebudgetten jaarlijks met minder dan twee procent groeien, stegen de Chinese en Russische militaire uitgaven de afgelopen jaren met bijna twintig procent. Als deze trend doorzet, zal Europa binnenkort in militair opzicht een tweederangs mogendheid worden, met alle gevolgen vandien.

Het nieuwe grootmachtennationalisme zet ook het netwerk van internationale instituties onder toenemende druk. Tijdens de crises in Kosovo en Zimbabwe gebruikte Rusland zijn positie op de eerste rang om internationale consensus te ondermijnen en zo de eigen invloed op de Balkan en in zuidelijk Afrika te vergroten. Afgelopen week hanteerde China het veto om het vorig weekeinde bereikte handelsakkoord binnen de Doha-onderhandelingen te blokkeren. China geeft blijkbaar de voorkeur aan bilaterale onderhandelingen met de afzonderlijke WTO-lidstaten om zo zijn greep op de strategisch belangrijke handel met Afrika te verstevigen. De internationale instituties dreigen door deze tegenslagen niet alleen hun effectiviteit maar ook hun legitimiteit te verliezen.

De vraag is nu hoe het vrije westen op deze ontwikkelingen moet reageren. Kagan komt met twee beleidsaanbevelingen. Hij stelt allereerst voor de bestaande instituties te passeren ten gunste van een nieuw samenwerkingsverband van democratieën. De Verenigde Naties zou moeten worden vervangen door een Liga van Democratieën die behalve de VS en de EU ook landen als Brazilië, India, Zuid-Afrika en Australië zou moeten omvatten. Deze Liga zou vervolgens democratische verworvenheden als vrijheid, modernisering en welvaart naar de rest van de wereld moeten exporteren om zo de wereld alsnog veilig te stellen voor de democratie. Kagan blijft uiteindelijk namelijk een typisch Amerikaanse optimist. Hij ziet weliswaar een wereld vol conflicten, maar het zijn uiteindelijk conflicten die allemaal door het vrije westen gewonnen kunnen worden, zolang wij maar blijven geloven in onze kernwaarden en zolang wij bereid zijn te doen wat nodig is voor de verdediging en verspreiding van die waarden. Onze Haagse politieke klasse zou een dosis van dit realistische optimisme goed kunnen gebruiken. Ik kan hen Kagans werk dan ook van harte aanbevelen.

Deze column verscheen op zaterdag 2 augustus j.l. in De Telegraaf