Friday 6 February 2009

Eurozone kraakt aan alle kanten

Het is een oude wet: als een politicus zegt dat X niet in problemen is, dan loopt het voortbestaan van X serieus gevaar. Het feit dat EU-Commissievoorzitter Barroso zich deze week gedwongen voelde te ontkennen dat de de Eurozone op het punt stond uit elkaar te vallen, is dan ook een belangrijke aanwijzing dat er iets fout aan het gaan is in Euroland.

Nu lijkt het op het eerste gezicht vreemd dat uitgerekend de Eurozone in problemen zou zijn. In het noordelijke en oostelijke deel van de Unie staan de lidstaten immers in de rij om toe te mogen treden. Op die manier hopen zij immers beschutting te vinden tegen de ruige economische weersomstandigheden van het ogenblik. Die beschutting moet dan komen van de Europese Centrale Bank, die zich steeds meer begint te ontwikkelen tot een traditionele centrale bank, zij het met dit verschil dat traditionele centrale banken vooral grote financiële instituties uit de brand helpen, terwijl de ECB zich hoofdzakelijk direct op lidstaten richt. Vooral kleine landen als Estland, Letland en Hongarije hopen met behulp van ECB-steun het lot van het inmiddels failliete IJsland te voorkomen. Overigens zal ook IJsland binnenkort in Brussel aankloppen om gesprekken te starten over versnelde toelating tot de Unie – en dan vooral de muntunie. De Eurozone wordt zo behalve bankier voor financieel wankele lidstaten ook een bron van eerste hulp bij het herstellen van daadwerkelijk geleden economische schade.

Terwijl de Eurozone in het noorden en oosten nog volop groeit, begint het in het zuiden echter gevaarlijk te kraken. Steeds meer Zuid-Europese economieën lijken onder het gewicht van hun kolossale staatsschulden te bezwijken. Griekenland was het eerste land dat de hoogste kredietrating kwijtraakte. Daarna volgden in rap tempo ook Spanje en Portugal. Italië volgt waarschijnlijk binnenkort. De geldmarkten twijfelen steeds nadrukkelijker aan het vermogen van deze landen om hun schulden af te betalen. Die twijfel komt tot uiting in de steeds hogere prijzen die beleggers eisen voor herfinanciering van de staatschulden van deze landen. Vooral in een markt waarin Eurozoneleden elkaar verdringen op de kapitaalmarkt om de oplopende begrotingstekorten te financieren, zal het voor de zuidelijke lidstaten steeds lastiger worden om nog een goede prijs voor hun leningen te bedingen.

Wat dreigt, is dat de toenemende twijfels leiden tot een totale kapitaalvlucht uit deze landen. Zij zouden in dat geval de afbetaling van hun schulden niet langer kunnen financieren en daarmee feitelijk failliet gaan. De wanbetalende zuidelijke lidstaat zou kunnen worden gedwongen de Eurozone te verlaten in ruil voor financiële steun uit rijkere noordelijke lidstaten. De bekende/beruchte beleggingsexpert George Soros waarschuwde deze week dat zo’n scenario verre van denkbeeldig is. Zelfs het eerbiedwaardige Britse blad The Economist sprak er onlangs in bedekte termen over.

Zover is het gelukkig nog lang. Maar zo niet denkbeeldig als Commissievoorzitter Barroso het deed voorkomen is dit doemscenario nu ook weer niet. De Eurozone kraakt aan alle kanten. Als het stof van de huidige crisis eenmaal is neergedaald, zou het door de munteenheid bestreken gebied er dan ook wel eens heel anders uit kunnen gaan zien.

Deze column verscheen op zaterdag 7 februari 2009 in De Telegraaf