Wie de afgelopen week de Nederlandse verslaggeving over de Democratische Conventie heeft gevolgd, meent wellicht dat het een uitgemaakte zaak is dat Barack Obama de volgende president van de Verenigde Staten wordt. Niets is echter minder waar. Want hoewel Obama begin deze zomer nog ruim aan de leiding ging, is de race inmiddels in een patstelling veranderd (zie voor een overzicht van alle peilingen overigens de uitstekende website www.realclearpolitics.com).
Omaba dreigt het slachtoffer te worden van de oude politieke wetmatigheid dat inhoud het in verkiezingstijd altijd wint van vorm. De jeugdige Obama beschikt ongetwijfeld over veel meer charisma dan zijn bejaarde tegenstander. Maar inhoudelijk heeft McCain hem de afgelopen maanden nadrukkelijk in het defensief gedrongen. Het begon allemaal met de prijsstijgingen op de oliemarkten en in de supermarkten. De Republikeinen, McCain voorop, grepen deze gebeurtenissen aan om hun nieuwe beleidsagenda uit te venten. Bij het bestrijden van de effecten van inflatie pleitten zij vooral voor koopkrachthandhaving door verlenging van de tijdelijke belastingverlagingen van president Bush. Om de olietekorten te bestrijden, riepen ze op de oude moratoria op boren in het olierijke kustgebied en de uitgestrekte wildernis van Alaska op te heffen. Het antwoord van de Democraten bestond uit niet veel meer dan een categorisch afwijzen van alle Republikeinse plannen. Voor de man in de straat (en aan de pomp) leek het zo alsof alleen de Republikeinse kandidaat iets aan zijn problemen wilde doen.
De Georgische crisis werd vervolgens door McCain aangrepen om zijn voornaamste pluspunt ten opzichte van Obama, namelijk zijn grotere internationale ervaring, breed uit te meten. McCain kwam al in de eerste uren van de crisis met een opvallend felle veroordeling van het Russische optreden. De kiezer zag een ervaren politicus die in staat was om in een crisis een heldere koers uit te zetten. Obama daarentegen had bijna een week nodig om tot een duidelijke positiebepaling te komen. Aan het eind van die week vroeg overigens geen enkele journalist meer naar zijn mening, een duidelijk teken dat hij de politieke slag verloren had.
Terwijl McCain hamerde op de inhoud, beperkte Obama zich teveel tot de vorm. Zijn veelbesproken wereldtournee waarbij hij zich door juichende menigten liet fêteren, leek op het eerste oog misschien een succesvolle operatie. Maar omdat bij de ontmoetingen met de verschillende regeringsleiders een officiële agenda ontbrak, maakte de reis uiteindelijk vooral de indruk een opgepoetste pr-stunt te zijn. Zelfs zijn besluit om zijn kandidaatstellingstoespraak niet in de hal van de Democratische Conventie maar in een bomvol sportstadion te houden, lijkt wat dat betreft een strategische vergissing. Het bevestigt immers het vermoeden van de twijfelende kiezers dat Obama meer een politieke rockster dan een serieus politicus is.
Met nog twee maanden te gaan lijkt de rolverdeling duidelijk. Obama heeft het charisma, McCain de issues. Als het zo blijft, zal Obama’s kandidatuur waarschijnlijk als een nachtkaars uitgaan. Hij zal op de een of andere manier McCains inhoudelijke offensief tot staan moeten brengen. Of hem dat in de weinige tijd die hem nog rest ook daadwerkelijk zal lukken, is een open vraag.
Deze column verscheen op 20 augustus j.l. in De Telegraaf
Wednesday, 15 October 2008
Subscribe to:
Post Comments (Atom)
No comments:
Post a Comment